Het zogenaamde Mediaan-salaris, het middelste salaris in een reeks van laag naar hoog gesorteerde inkomens, is behoorlijk gestegen.
Van Spaendonck-loonindex laat 5,1% jaar-op-jaar groei zien, ondanks afvlakking in CBS-cijfers.
Het mediaan brutoloon in het mkb is in het derde kwartaal van 2025 gestegen naar € 3.474. Dat blijkt uit de nieuwste Van Spaendonck-loonindex. Ten opzichte van het tweede kwartaal betekent dat een plus van 1,1%, en vergeleken met Q3 2024 zelfs een stijging van 5,1%.

Altijd op de hoogte van het laatste ondernemersnieuws?
Meld je aan voor onze nieuwsbriefAanmelden
Lonen in mkb zijn met 5,1% gestegen in een jaar tijd
Het mediaanloon in het mkb blijft stijgen. Volgens de Van Spaendonck-loonindex kwam het in Q3 2025 uit op € 3.474:
- +1,1% ten opzichte van Q2 2025
- +5,1% ten opzichte van Q3 2024
Mediaanloon vs. gemiddeld brutosalaris
Het mediaanloon is het bedrag dat precies in het midden ligt: de helft van de werknemers verdient meer, de andere helft minder. Dit cijfer geeft daardoor vaak een realistischer beeld van wat werknemers echt verdienen dan het gemiddelde. Dat kan namelijk sterk worden beïnvloed door uitschieters aan de boven- of onderkant.
Vooral in sectoren als scheepvaart en bij apothekersassistenten waren de mkb-loonsprongen bovengemiddeld groot. Dit laat zien dat krapte en cao-afspraken in bepaalde branches jouw loonkosten extra kunnen opstuwen. Bekijk de volledige Loonindex Q3 2025.
CBS ziet juist afvlakking van de loonstijging
Het CBS rapporteert dat cao-lonen in het derde kwartaal gemiddeld 4,6% hoger lagen dan een jaar eerder. Dat is fors minder dan de 6,8% jaar-op-jaar stijging die in Q3 2024 werd gemeten.
Dit verschil met de Van Spaendonck-cijfers heeft twee oorzaken:
- Gemiddelde vs. mediaan: het CBS kijkt naar het gemiddelde loon, dat sterk kan worden beïnvloed door uitschieters aan de bovenkant of onderkant. Van Spaendonck gebruikt het mediaanloon, waarbij precies de helft van de werknemers meer en de helft minder verdient. Dat geeft vaak een realistischer beeld.
- Scope: het CBS kijkt naar cao’s in de hele arbeidsmarkt, terwijl Van Spaendonck zich specifiek richt op daadwerkelijk uitbetaalde salarissen in het mkb (cao en niet-cao). Daardoor zie je bij Van Spaendonck sneller de effecten terug van loonontwikkelingen in kleinere bedrijven en sectoren.
bron: CBS